
Het idee dat Big Tobacco “ondergronds” is gegaan, is een interessante metafoor die suggereert dat de tabaksindustrie zich, na jaren van intensieve publieke en juridische druk, mogelijk heeft teruggetrokken in de schaduw om op subtielere, minder zichtbare manieren haar invloed te behouden en uit te breiden.
Hoewel de industrie niet letterlijk ondergronds is gegaan in de traditionele zin van het woord, is het duidelijk dat er sprake is van een verschuiving in hun operaties en strategieën die minder zichtbaar zijn voor het grote publiek.
Veranderde Strategieën en Tactieken
De tabaksindustrie heeft haar tactieken aangepast om zich aan te passen aan een steeds vijandiger regelgevend en maatschappelijk klimaat. Dit heeft geresulteerd in minder zichtbare, maar niet minder invloedrijke, manieren om hun producten en agenda te promoten:
- Lobbyen en Politieke Invloed: Hoewel de zichtbare aanwezigheid van tabaksbedrijven in de media en publieke sfeer is afgenomen, blijven ze actief achter de schermen door intensieve lobbyactiviteiten. Deze lobbyactiviteiten zijn vaak gericht op het beïnvloeden van wetgeving en regelgeving, zowel op nationaal als Europees niveau. De industrie probeert bijvoorbeeld nieuwe regelgeving rondom e-sigaretten en andere alternatieve nicotineproducten te verzachten of te vertragen, door politieke en juridische middelen in te zetten.
- Investeringen in Innovatie en Alternatieve Producten: De ontwikkeling van alternatieve nicotineproducten zoals e-sigaretten en tabaksverhittingsproducten is een belangrijke verschuiving in de strategie van Big Tobacco. Hoewel deze producten vaak gepositioneerd worden als “minder schadelijk”, blijven er vragen over hun langetermijneffecten en het risico dat ze een nieuwe generatie nicotineverslaafden creëren. De promotie van deze producten gebeurt vaak via digitale marketingkanalen en op manieren die minder direct te herleiden zijn naar de grote tabaksbedrijven.
- Gebruik van Schaduwgroepen en Frontorganisaties: Een andere manier waarop Big Tobacco minder zichtbaar is geworden, is door het gebruik van zogenaamde “schaduwgroepen” of frontorganisaties. Dit zijn organisaties die ogenschijnlijk onafhankelijk opereren, maar in werkelijkheid door de tabaksindustrie worden gefinancierd of ondersteund. Deze groepen kunnen bijvoorbeeld onderzoek uitvoeren dat de schadelijke effecten van nieuwe producten bagatelliseert of beleidsvoorstellen promoten die in het voordeel van de industrie zijn.
- Marketing via Sociale Media en Invloedrijke Figuren: In plaats van traditionele marketing, maakt de industrie steeds vaker gebruik van sociale media en influencers om hun producten te promoten. Deze campagnes zijn vaak subtieler en minder gereguleerd dan traditionele media, waardoor ze minder zichtbaar zijn voor regulerende instanties en het grote publiek. Dit maakt het moeilijker om de invloed van de industrie te monitoren en te reguleren.
- Expansie naar Opkomende Markten: Een belangrijk onderdeel van de hedendaagse strategie van Big Tobacco is de focus op opkomende markten in ontwikkelingslanden, waar de regulering vaak minder streng is en de publieke bewustwording over de risico’s van roken minder ontwikkeld is. Dit betekent dat, hoewel hun zichtbaarheid in landen zoals Nederland afneemt, hun activiteiten zich eenvoudigweg hebben verplaatst naar regio’s waar ze minder tegenstand ondervinden.
Een Subtieler, Maar Aanwezig Bedreiging
De verschuiving naar minder zichtbare, “ondergrondse” activiteiten betekent niet dat de tabaksindustrie minder invloedrijk is geworden. Integendeel, deze strategieën kunnen vaak effectiever zijn omdat ze moeilijker te reguleren en te controleren zijn. Terwijl de openlijke strijd tegen tabak in landen zoals Nederland veel succes heeft gehad, heeft Big Tobacco geleerd om zich aan te passen en te overleven door subtielere middelen in te zetten.
De huidige uitdagingen in de strijd tegen tabak zijn daarom complexer dan ooit. Het vereist niet alleen strikte regelgeving en handhaving, maar ook een beter inzicht in hoe de industrie opereert in het digitale tijdperk en op wereldwijde schaal. De industrie is niet verdwenen, maar heeft haar operaties gemuteerd in een vorm die minder zichtbaar is, maar nog steeds gevaarlijk en invloedrijk.
Conclusie
Het gevoel dat Big Tobacco “ondergronds” is gegaan, weerspiegelt de realiteit dat de industrie zich heeft aangepast aan de veranderende tijden. Terwijl traditionele methoden van invloed verminderen, vinden de bedrijven nieuwe manieren om hun producten te promoten en hun winst te behouden. De strijd tegen tabak is dus zeker niet voorbij; het heeft zich simpelweg verplaatst naar nieuwe, minder zichtbare fronten. Het is aan overheden, maatschappelijke organisaties en het publiek om waakzaam te blijven en deze nieuwe tactieken aan te pakken om de volksgezondheid te beschermen.
